Snij de ui en knoflook fijn. Schil of schrap de aardappelen en snijd ze dan in grote stukken. Fruit de ui en kipstuckjes in de zonnebloemolie. Zodra de ui begint te bruinen de knoflook, de masala, de djinten en de ketoembar toevoegen. Laat het even bakken en dan het water, de verkruimelde bouillonblokjes, de gemalen peper en de rauwe aardappels toevoegen. Een half uurtje tot een uurtje laten stoven met het deksel op de pan tot de aardappels goed gaar zijn. Voeg indien nodig naar smaak nog wat extra water, zout en masala toe.

De kousenband lijkt op de sperzieboon, maar is veel langer en aromatischer. De peulen groeien aan klimplanten en kunnen in tropische landen bijna een meter lang worden. In koudere landen worden ze gekweekt in kassen maar blijven dan veel korter. In Nederland zijn ze verkrijgbaar in de koeling of dieprvries van de grotere supermarkt en de toko.

Was de kousenband, verwijder de uiteinden en snij ze in korte stukjes van ongeveer 3cm. Kook de stukjes eerst 5 minuten in kokend water voor en bak ze daarna kort in de wok met de zonnebloemolie. Je kunt ze daarna toevoegen aan de aardappels of apart serveren.

Kook de eieren hard allereerst door ze in te prikken en 10 minuten in kokend water te leggen. Laat ze dan even afkoelen in koud water, pel ze en bak ze daarna al roerend in de roomboter totdat ze rondom een knapperig laagje hebben.

Maak de roti platen nat en laat het vocht een paar minuten intrekken. Warm ze dan op in de magnetron tussen twee borden. Roti wordt in Suriname niet met bestek gegeten maar met de hand. Scheur een stukje van de pannenkoek af en gebruik deze om de rest van het gerecht naar je mond te brengen. Een geoefend eter houdt zo namelijk zijn handen schoon.